Bouw en Infra

terug

De belangrijkste onderwerpen uit de cao lees je op deze pagina. De informatie is gesplitst in drie delen:

Deel A
Basis arbeidsvoorwaarden voor uitzendkrachten én payrollkrachten

Deel B 
Extra arbeidsvoorwaarden voor uitzendkrachten

Deel C
Extra arbeidsvoorwaarden voor payrollkrachten

Uitgelicht

Deel A: basis voor uitzend- en payrollkrachten

Welke referentiefuncties kent de cao? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

In onderstaande bijlage vind je de referentiefuncties per functiefamilie.

Deel B: uitzendkrachten

Deel A: basis voor uitzend- en payrollkrachten

Arbeidsduur

Klik hier om de link naar dit onderdeel te kopiëren.
Wat is het aantal uur in een standaard werkweek? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De standaard arbeidsduur is 40 uur per week.

Bron: artikel 2.2

Wat is het aantal uur op een standaard werkdag? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De standaard werkdag is 8 uur. De maximale ingeroosterde arbeidsduur bedraagt 9 uur per dag.

De grenzen van het dagrooster zijn voor bouwplaatswerknemers van 07.00 - 19.00 uur. Als de werkzaamheden afhankelijk zijn van getijden (eb en vloed) is het dagrooster van 06.00 - 19.00 uur.

Bron: artikel 2.2

Overwerk en toeslagen

Klik hier om de link naar dit onderdeel te kopiëren.
Welke afspraken zijn er voor overuren? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Bouwplaatswerknemers
Er is sprake van overuren als de bouwplaatswerknemer op een dag meer werkt dan het overeengekomen rooster. Voor overwerk heeft de werknemer recht op de volgende toeslagen:

Moment Percentage
Eerste 3 overuren per dag 125%
Overige overuren op een werkdag tussen maandag 05.00 - zaterdag 21.00 uur 150%
Overige overuren op een werkdag tussen zaterdag 21.00 - maandag 05.00 uur 200%
Overwerk op een feestdag 200%


Voor werknemers die werkzaamheden doe die onderhevig zijn aan getijde (eb en vloed) gelden de volgende toeslagen voor overwerk:

Dag/moment Tijd Percentage
Ma - vr 05.00 - 22.00 uur 125%
Ma - vr 22.00 - 05.00 uur 150%
Vrijdag 22.00 - zaterdag 21.00 uur   150%
Zaterdag 21.00 - maandag 05.00 uur   200%


De werknemers kunnen kiezen om de overuren (inclusief toeslag) uit te laten betalen of om te laten zetten in vrije tijd (zie tijd-voor-tijdregeling). 

Voor overwerk op bijzondere uren (zie afspraken onregelmatigheidsuren) gelden ook de overwerkpercentages, tenzij het toeslagpercentage voor werken op bijzondere uren hoger is.

Bron: artikel 2.8 en 5.7


Uta-werknemers
Voor uta-werknemers geldt dat de opdrachtgever schriftelijk bekend maakt op welke wijze er compensatie wordt gegeven voor overwerk. Als dit niet schriftelijk gebeurt, dan worden de overuren van werknemers in de functies tot en met niveau 3 minimaal vergoed tegen het bruto uurloon of in tijd-voor-tijd.

Bron: artikel 5.7.4

Welke afspraken zijn er voor onregelmatigheidsuren? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Bouwplaatswerknemers
In onderstaande tabel staat aangegeven op welke momenten bouwplaatswerknemers een onregelmatigheidstoeslag ontvangen op hun bruto uurloon voor werken op bijzondere uren.

Tijd/Dag Ma Di - Do  Vr Za Zo
00.00 - 07.00 uur* 200% 130% 130% 150% 175%
07.00 - 19.00 uur*       135%** 200%
19.00 - 24.00 uur 130% 130% 150% 175% 200%


*De toeslagen gelden niet tijdens verschoven uren bij vernieuwing, onderhoud en reparatie van infrastructurele werken.*Bij toepassing van de kaderregeling is dit 00.00 - 06.00 uur en 06.00 - 19.00 uur.

**Per kalenderjaar mag de opdrachtgever maximaal 5 zaterdagen als werkdag aanwijzen. Dan geldt een toeslag van 120%.

Voor overwerk (zie afspraken overuren) op bijzondere uren gelden de overwerkpercentages, tenzij het toeslagpercentage voor werken op bijzondere uren hoger is.

Voor werknemers die werkzaamheden verrichten die onderhevig zijn aan getijde (eb en vloed) gelden de volgende onregelmatigheidstoeslagen:

Dag Tijd Percentage
Ma - vr 19.00 - 06.00 uur 125%

 

Uta-werknemers
Voor uta-werknemers geldt dat de opdrachtgever schriftelijk bekend maakt op welke wijze er compensatie wordt gegeven voor bijzondere uren. Als dit niet schriftelijk gebeurt, dan gelden bovenstaande toeslagen ook voor uta-werknemers.

Bron: artikel 2.5 en 5.3

Welke afspraken zijn er voor ploegenuren? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Er is sprake van ploegenuren als de bouwplaatswerknemer in een 2- of 3-ploegendienst werkt.

Dienst Percentage
2-ploegendienst 110%
3-ploegendienst 115%


Voor bouwplaatswerknemers in de industriële bouw gelden de volgende toeslagen als de ploegendienst begint begint vóór 06.00 uur of eindigt na 19.00 uur:

Moment Percentage
De uren vallende tussen 06.00 en 19.00 uur 105%
De uren vallende tussen 19.00 uur en 06.00 uur 125%


Bron: artikel 2.6 en 5.8

Welke afspraken zijn er voor verschoven uren? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Voor bouwplaatswerknemers in de infrastructurele werken gelden de volgende toeslagen voor verschoven uren:

Moment Percentage
Vóór 07.00 en na 20.00 uur tussen maandag 20.00 en vrijdag 07.00 uur 130%
Tussen vrijdag 20.00 en zaterdag 20.00 uur 150%
Tussen zaterdag 20.00 en zondag 07.00 uur  175%
Tussen zondag 07.00 en maandag 07.00 uur 200%
Op feestdagen 200%


Bij overwerk tijdens verschoven uren in de infrastructurele werken krijgt de werknemer naast de toeslag voor verschoven uren ook de overwerkvergoeding. Deze wordt berekend over het vast overeengekomen loon en niet over de toeslag verschoven uren Infra.

Bron: artikel 2.4 en 5.15

Welke afspraken zijn er voor werken onder fysiek belastende omstandigheden? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent geen regeling voor werken onder fysiek belastende omstandigheden.

Welke afspraken zijn er voor reisuren? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Bouwplaatswerknemers hebben recht op een reisurenvergoeding als de werkzaamheden in een andere woongemeente dan de werknemer plaatsvinden.

De vergoeding voor reisuren bedraagt het garantieloon van de werknemer, maar nooit meer dan het garantieloon van functiegroep A.

De eerste zestig minuten per dag worden niet vergoed, tenzij de bouwplaatswerknemer als bestuurder van een auto 1 of meer collega's vervoert.

Bron: artikel 5.10

Welke dagen hanteert de cao als feestdag? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao hanteert de onderstaande dagen als feestdag. Als de werknemer moet werken op een feestdag, is bij de afspraken voor overuren en/of afspraken voor onregelmatigheiduren (deel A) te lezen of er een toeslag van toepassing is voor werken op een feestdag.

De cao kent de volgende feestdagen:

  • Nieuwjaarsdag
  • Tweede paasdag
  • Koningsdag
  • Bevrijdingsdag in een jubileumjaar
  • Hemelvaartsdag
  • Tweede pinksterdag
  • Eerste en tweede kerstdag

Of een feestdag voor de werknemers een doorbetaalde vrije dag is, valt voor uitzendkrachten in deel B te lezen bij de feestdagenregeling voor uitzendkrachten. Voor payrollkrachten is dit in deel C te lezen bij de feestdagenregeling voor payrollkrachten.

Bron: artikel 3

Inschaling

Klik hier om de link naar dit onderdeel te kopiëren.
Welke referentiefuncties kent de cao? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

In onderstaande bijlage vind je de referentiefuncties per functiefamilie.

Welke loontabellen kent de cao? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent de onderstaande loontabellen. Bijbehorende bruto uurlonen staan voor uitzendkrachten bij deel B en voor payrollkrachten bij deel C.

Bouwplaatswerknemers

  • Garantieloon vakvolwassenen - loontabel voor vakvolwassen werknemers van 21 jaar en ouder 
  • Starttabel - loontabel voor werknemers die niet eerder in de bouw en infra hebben gewerkt en geen vakopleiding volgen of in het bezit zijn van een vakdiploma. De inloopschaal kan maximaal 1 jaar worden toegepast
  • Garantieloon jeugdigen - loontabel voor jeugdige werknemers van 16 tot en met 20 jaar. De tabel is ingedeeld op:
    • Geen vakdiploma
    • Diploma bbl 2 of bbl 3 in het domein:
      • Bouw en infra
      • Afbouw, hout en onderhoud
      • Techniek en procesindustrie
  • In bbl 2/tweejarig bbl 3 - loontabel voor werknemers die een bbl-opleiding niveau 2 of tweejarig niveau 3 volgen in het domein:
    • Bouw en infra
    • Afbouw, hout en onderhoud
    • Techniek en procesindustrie
  • In driejarig bbl 3 - loontabel voor werknemers die een driejarig bbl-opleiding niveau 3 volgen in het domein:
    • Bouw en infra
    • Afbouw, hout en onderhoud
    • Techniek en procesindustrie

Bron: artikel 4.2-4.5 

Uta-werknemers

  • Garantielonen volwassen uta-werknemer - loontabel voor werknemers van 21 jaar of ouder 
  • Garantielonen jeugdige uta-werknemer - loontabel voor werknemers van 16 tot en met 20 jaar
  • Inloopschaal volwassen uta-werknemer - loontabel voor werknemers van 21 jaar of ouder die nog niet eerder in de bouw & infra hebben gewerkt. De inloopschaal kan maximaal 1 jaar worden toegepast.
  • Inloopschaal jeugdige uta-werknemer - loontabel voor jeugdige werknemer tot en met 20 jaar die nog niet eerder in de bouw & infra hebben gewerkt. De inloopschaal kan maximaal 1 jaar worden toegepast.

Bron: artikel 4.9-4.11

Wanneer is er een individuele loonsverhoging? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De jeugdige werknemer heeft recht op het loon wat bij zijn leeftijd hoort. 

De opdrachtgever mag bovenop het garantieloon van de bouwplaatswerknemer een prestatietoeslag betalen. De prestatietoeslag kan worden gekoppeld aan een prestatiebevorderend systeem. De opdrachtgever mag zo’n systeem alleen toepassen als de werknemer het daarmee eens is. De gemaakte afspraken worden schriftelijk vastgelegd. 

De uta-werknemer van 21 jaar of ouder heeft uiterlijk twee jaar na zijn indeling op een (hoger) functieniveau recht op 104% van het minimum van het salaris dat bij dit functieniveau hoort. Na vier jaar heeft hij recht op 110% en na zes jaar op 116% van dat minimum.

Bron: artikel 4.6 en 4.9

Wanneer zijn er (initiële) collectieve loonsverhogingen? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent de onderstaande initiële loonsverhogingen.*

*Er zijn nog geen (toekomstige) loonsverhogingen bekend als onderstaande tabel leeg is.

Datum Wijziging Bron
Bekijk alle wijzigingen

Vergoedingen en uitkeringen

Klik hier om de link naar dit onderdeel te kopiëren.
Welke (onkosten)vergoedingen kent de cao? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent de volgende (onkosten)vergoedingen:

  • Vergoeding ziektekostenverzekering
    Werknemers met een aanvullende ziektekostenverzekering, die samen met de basisverzekering ten minste dekking geeft voor de kosten van fysiotherapie, ergotherapie en psychologische zorg, hebben recht op een vergoeding van € 20,60 per maand.

    Bron: artikel 5.18
  • Vergoeding vakbondscontributie 
    Op verzoek van de werknemer betaalt de opdrachtgever eenmaal per jaar een vergoeding van €58,83 netto in de kosten van de vakbondscontributie die de werknemer heeft betaald. 

    Bron: artikel 5.12
  • EHBO-/BHV-vergoeding
    De werknemer die buiten werktijd en op verzoek van de opdrachtgever een EHBO-diploma of het diploma Bedrijfshulpverlening (BHV) behaalt, heeft recht op een bruto vergoeding van € 175,72 en een reiskostenvergoeding. Ook de les-, examen- en diplomakosten zijn voor rekening van de opdrachtgever.

    Bron: artikel 5.4

Vergoedingen voor bouwplaatswerknemers

  • Reiskostenvergoeding
    De werknemer die dagelijks in totaal meer dan 15 kilometer moet reizen om van zijn woning naar het werk en weer terug te komen, heeft recht op vergoeding van de reiskosten. Als de werknemer met het openbaar vervoer reist, worden de kosten voor de laagste klasse vergoed. Reist de werknemer met een eigen vervoersmiddel, dan gelden de volgende vergoedingen:
       
    Vervoersmiddel Vergoeding
    Fiets € 0,80 per dag
    Bromfiets € 0,07 per km, minimaal € 0,89 per dag
    Motor € 0,22 per km
    Auto € 0,32 per km

    Deze vergoedingen gelden ook als de werknemer tijdens het werk gebruik moet maken van het vervoersmiddel.

    Bron: artikel 5.9
  • Chauffeurstoeslag 
    De chauffeur heeft recht op een toeslag voor elke dag dat hij 1 of meer meerijder(s) heeft, tenzij de opdrachtgever een auto ter beschikking stelt. De toeslag bedraagt:
       
    Afstand enkele reis Toeslag per dag
    0 - 30 km € 6,00
    31 - 65 km € 9,00
    Meer dan 65 km € 12,00

    Bron: artikel 5.9
  • Premie schadevrij rijden
    De chauffeur die werkt als Chauffeur I, II of III heeft recht op een premie voor schadevrij rijden, als hij geen schade aan zijn voertuig heeft opgelopen of dit niet zijn schuld was. De toeslag bedraagt:
       
    Schadevrije periode Toeslag
    1 kwartaal € 12,44 per kwartaal
    2 kwartalen € 13,90 per kwartaal
    3 kwartalen of meer € 15,20 per kwartaal
    3 jaren of meer € 21,42 bonus per jaar bovenop toeslag

    Bron: artikel 5.1
  • Verblijfkostenvergoeding
    De werknemer heeft recht op een vergoeding voor voeding, huisvesting en verdere verblijfkosten, als het werk zo ver van de woning van de werknemer gelegen is dat hij niet dagelijks naar huis kan. De opdrachtgever kan ook tegemoetkomen door een verblijfsgelegenheid ter beschikking te stellen en voor voeding een vergoeding van €7,82 per dag te verstrekken.

    Werknemers die werkzaamheden verrichten die onderhevig zijn aan getijde (eb en vloed) of werknemers die overnachten op vaartuigen hebben naast een verblijf recht op een vergoeding van €4,55 per nacht. 

    Bron: artikel 5.13
  • Kledingvergoeding
    Werknemers hebben recht op kledingvergoeding als de kleding niet door de opdrachtgever ter beschikking wordt gesteld. De netto vergoeding bedraagt:
       
    Soort Vergoeding per dag
    Werkkleding € 1,01
    Werkkleding voor werknemers in het Heibedrijf € 1,12
    Laarzen € 0,62
    Indien uitsluitend knielaarzen € 0,51
    Laarzen en oliegoed van een werknemer in Kusten Oeverwerken € 1,30

    Bron: artikel 5.17
  • Gereedschapsvergoeding
    Als de werknemer gebruik moet maken van eigen gereedschap ontvangt hij de volgende netto vergoeding:
       
    Soort Vergoeding per gewerkte dag
    Gereedschap van een timmerman of straatmaker € 0,88
    Gereedschap van een metselaar of tegelzetter € 0,62

    Bron: artikel 5.5
  • Toeslag steenzetterswerkzaamheden
    Werknemers hebben recht op een vergoeding van € 9,30 per week als ze steenzetterswerkzaamheden verrichten aan de strandhoofden langs de Noordzeekust (of andere gelijke omstandigheden). Ook voor rijswerk buitengaats hebben ze recht op de vergoeding.

    Bron: artikel 5.11
  • Beschikbaarheidsdienstvergoeding
    Als een werknemer buiten het rooster zich beschikbaar moet houden voor het verrichten van werkzaamheden die niet kunnen wachten, dan heeft hij recht op een vergoeding voor bereikbaarheid. De vergoeding bedraagt: 
       
    Dag Vergoeding per dag
    Ma - vr Ten minste € 15,30
    Zaterdag Ten minste € 23,54
    Zon- en feestdag Ten minste € 30,59

    Bron: artikel 2.7 en 5.2
  • Toeslag leermeester of instructeur
    Als de bouwplaatswerknemer leermeester of instructeur is en hij begeleidt 1 of meer leerlingen, dan heeft hij recht op de leermeestertoeslag van € 80,48 per week. Als de werknemer 'Voorman steigerbouw' is, dan krijgt hij een lagere leermeestertoeslag, namelijk € 40,08 per week.

    De leermeestertoeslag en voormantoeslag worden niet opgeteld. In dat geval geldt 1 toeslag.

    Bron: artikel 5.6
  • Toeslag voorman
    Een bouwplaatswerknemer die leiding geeft aan ten minste vijf andere werknemers is voorman. Hij heeft recht op de voormantoeslag van € 80,48 per week als hij is ingedeeld in functiegroep A - D. Als hij is ingedeeld in de functie van voorman steigerbouw (functiegroep E), dan geldt voor hem de toeslag van € 40,08 per week.

    ​De leermeestertoeslag en voormantoeslag worden niet opgeteld. In dat geval geldt 1 toeslag.

    Bron: artikel 5.16
     

Vergoedingen voor uta-werknemers

  • Reiskostenvergoeding woon-werkverkeer
    De werknemer heeft recht op een vergoeding voor woon-werkverkeer van € 0,23 per kilometer als er geen bedrijfsvervoer of OV-kaart is geregeld.

    Bron: artikel 5.9
  • Reiskostenvergoeding werk-werkverkeer
    Als de werknemer in een andere gemeente dan waarvoor de dienstbetrekking is aangegaan moet werken, worden deze reiskosten vergoed. Bij gebruik van een eigen vervoersmiddel gelden de volgende vergoedingen:
     
    Vervoersmiddel Vergoeding
    Auto  € 0,32 per km
    Motor  € 0,22 per km

    Bron: artikel 5.9
  • Verblijfkostenvergoeding
    Als de werknemer op een verre locatie moet werken en daardoor 's avonds niet naar huis kan, dan heeft hij recht op een redelijke vergoeding voor extra reiskosten, voeding en logies.

    Bron: 5.13
Kent de cao een thuiswerkvergoeding? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent geen thuiswerkvergoeding. 

Kent de cao een eindejaarsuitkering? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent geen eindejaarsuitkering.

Kent de cao eenmalige uitkeringen? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent de onderstaande eenmalige uitkering(en).*

*Er zijn nog geen (toekomstige) eenmalige uitkeringen bekend als onderstaande tabel leeg is.

Datum Wijziging Bron
Bekijk alle wijzigingen

Deel B: uitzendkrachten

Arbeidsduurverkorting en tijd-voor-tijdregeling

Klik hier om de link naar dit onderdeel te kopiëren.
Kent de cao een adv-regeling? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Bouwplaatswerknemers
De werknemer heeft recht op 20 adv-dagen per jaar. De werknemer kan de adv-dagen opnemen in vrije tijd of laten uitbetalen in geld. 

In de volgende gevallen heeft de werknemer recht op extra adv-dagen:

Geboortejaar Extra adv-dagen
In 1955 of eerder 13
Tussen 1956 en 1960 10
In 1961 10
In 1962 9
In 1963 8
In 1964 7
In 1965 6

 

Bron: 3.2 en 3.3

Uta-werknemers

De werknemer heeft recht op 17 adv-dagen per jaar. De werknemer kan de adv-dagen opnemen in geld of vrije tijd. 

In de volgende gevallen heeft de werknemer recht op extra adv-dagen:

Geboortejaar Extra adv-dagen
In 1955 of eerder 11
Tussen 1956 en 1960 9
In 1961 9
In 1962 8
In 1963 7
In 1964 6
In 1965 5

 

Bron: 3.2 en 3.3

Kent de cao een tijd-voor-tijdregeling? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent een tijd-voor-tijdregeling, maar deze kan niet gehanteerd worden voor uitzendkrachten.

Fasesysteem en pensioen

Klik hier om de link naar dit onderdeel te kopiëren.
Bouwt een uitzendkracht pensioen op? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Een uitzendkracht bouwt pensioen op bij Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten (StiPP). De pensioenopbouw start als de uitzendkracht 18 jaar of ouder is.

De uitzendkracht begint met de opbouw van de StiPP Basisregeling. Na 52 gewerkte weken gaat de uitzendkracht deelnemen aan de StiPP Plusregeling.

Bron: artikel 32 (ABU cao)

 

Een uitzendkracht die vakkracht is, bouwt pensioen op bij pensioenfonds bpfBOUW als hij direct voorafgaand aan zijn dienstverband al deelnemer is aan het bpfBOUW pensioen. Als dit niet het geval is, neemt de vakkracht na 12 maanden deel aan het bpfBOUW pensioen. Een werknemer is vakkracht als hij een vakopleiding volgt of heeft afgerond of als hij in de afgelopen 2 jaar minimaal 12 maanden in de bouw heeft gewerkt. 

Een payrollkracht neemt altijd vanaf dag 1 al deel aan het bpfBOUW pensioen, ook als hij nog geen vakkracht is.

Bron: artikel 4.16 (Bouw en Infra) 

Een uitzendkracht doorloopt het fasensysteem. Hoe werkt dit fasensysteem? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De eerste 52 gewerkte weken zit een uitzendkracht in fase A. In deze fase mag de werknemer een onbepaald aantal tijdelijke contracten krijgen.

Na 52 gewerkte weken komt de uitzendkracht in fase B. Deze fase duurt 3 jaar, waarin de werknemer 6 contracten mag krijgen.

Na fase B krijgt de uitzendkracht een contract voor onbepaalde tijd, dit noemen we fase C.

Bron: artikel 10 (ABU cao)

Vakantiedagen en vakantiegeld

Klik hier om de link naar dit onderdeel te kopiëren.
Hoeveel vakantiedagen bouwt de uitzendkracht op? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De uitzendkracht heeft bij elke volledig gewerkte werkmaand recht op 16 2/3 uur vakantie. Dit komt neer op 25 vakantiedagen per jaar.

Een parttime werknemer heeft recht op een evenredig deel van het totaal aantal vakantiedagen.

Bron: artikel 26 (ABU cao)

Hoe hoog is het vakantiegeldpercentage voor een uitzendkracht? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Een uitzendkracht heeft recht op 8,33% vakantiegeld.

Bron: artikel 18 (ABU cao)

Welke feestdagenregeling geldt voor uitzendkrachten? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Voor uitzendkrachten gelden de volgende dagen als feestdagen zolang ze niet op een zaterdag of zondag vallen:

  • Nieuwjaarsdag
  • Tweede paasdag
  • Hemelvaartsdag
  • Tweede pinksterdag
  • Eerste en tweede kerstdag
  • Koningsdag 
  • Bevrijdingsdag in een jubileumjaar

Als de uitzendkracht vanwege de feestdag niet hoeft te werken, krijgt hij deze dag doorbetaald als dit normaal gesproken een werkdag zou zijn. Als niet duidelijk is of deze dag een standaard werkdag voor de uitzendkracht is, dan wordt dit als volgt bepaald:

  • Is de uitzendkracht in de 13 aaneengesloten weken direct voorafgaand aan de feestdag al in dienst?
    • Indien ja; de uitzendkracht wordt doorbetaald op de feestdag als hij minimaal 7 van de 13 weken gewerkt heeft op deze dag van de week.
    • Indien nee; de uitzendkracht wordt doorbetaald op de feestdag als hij meer dan de helft van het aantal weken waarin hij in dienst is op deze dag van de week heeft gewerkt. 

Als de werknemer wel moet werken op een feestdag, geldt er mogelijk een feestdagtoeslag. Voor welke dagen dit geldt is te lezen bij 'Welke dagen hanteert de cao als feestdag?' (deel A) en de toeslagen zijn te vinden bij de afspraken voor overuren en/of afspraken voor onregelmatigheiduren (deel A).

Bron: artikel 27 (ABU cao)

Ziekte en verlof

Klik hier om de link naar dit onderdeel te kopiëren.
Hoeveel loon krijgt de uitzendkracht doorbetaald bij ziekte? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Het ziekengeld bij een lopende arbeidsovereenkomst is in het eerste jaar 90%, maar minimaal het wettelijk minimumloon. 

In het tweede jaar is het ziekengeld 80% en wordt het niet aangevuld tot het wettelijk minimumloon.

Bron: artikel 25 (ABU cao)

Is er sprake van een wachtdag? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Ja, wanneer een uitzendkracht zich ziekmeldt heeft hij één wachtdag. Dit houdt in dat de uitzendkracht op de eerste ziektedag nog geen recht heeft op ziekengeld.

Bron: artikel 25 (ABU cao)

Deel C: payrollkrachten

Arbeidsduurverkorting en tijd-voor-tijdregeling

Klik hier om de link naar dit onderdeel te kopiëren.
Kent de cao een adv-regeling? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Bouwplaatswerknemers
De werknemer heeft recht op 20 adv-dagen per jaar. De werknemer kan de adv-dagen opnemen in vrije tijd.

In de volgende gevallen heeft de werknemer recht op extra adv-dagen:

Geboortejaar Extra adv-dagen
in 1955 of eerder 13
Tussen 1956 en 1960 10 
in 1961 10
in 1962 9
in 1963 8
in 1964 7
in 1965 6


Bron: 3.2 en 3.3
 

Uta-werknemers
De werknemer heeft recht op 15 adv-dagen per jaar. De werknemer kan de adv-dagen opnemen in vrije tijd. 

In de volgende gevallen heeft de werknemer recht op extra adv-dagen:

Geboortejaar Extra adv-dagen
in 1955 of eerder 11
Tussen 1956 en 1960 9
In 1961 9
In 1962 8
In 1963 7
In 1964 6
In 1965 5


Bron: 3.2 en 3.3

Kent de cao een tijd-voor-tijdregeling? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent de volgende tijd-voor-tijdregelingen voor bouwplaatswerknemers: 

  • De werknemer kan kiezen om de overwerkuren inclusief toeslag uit te laten betalen of om te zetten in vrije tijd.
  • Als een werknemer moet werken tijdens een bereikbaarheidsdienst op een feestdag, en dit valt in zijn normale werkweek, dan mag de werknemer voor die feestdag een andere dag vrij nemen.

Bron: artikel 2.7.3, 2.8 en 5.7 

Contracten

Klik hier om de link naar dit onderdeel te kopiëren.
Wanneer heeft de werknemer recht op een onbepaalde tijd contract? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De werknemer heeft recht op een contract voor onbepaalde tijd na 3 bepaalde tijd contracten en/of na een looptijd van 3 jaar.

Bron: artikel 1.3.4

Wanneer is er sprake van een onderbreking van de ketenregeling? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Na een onderbrekingstermijn van tenminste 6 maanden begint de ketenregeling opnieuw.

Bron: artikel 1.3.4

Kent de cao een contractregeling voor seizoenskrachten? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Voor seizoenskrachten geldt een onderbrekingstermijn van tenminste 3 maanden. Hierna begint de ketenregeling voor seizoenskrachten opnieuw.

Voor de volgende functies geldt de seizoenskrachtenregeling:

  • Asfaltwerker
  • Balkman
  • Machinist met diploma
  • Wegmarkeerder I t/m III

Bron: artikel 1.3.4

Kent de cao een contractregeling voor bbl-ers of stagiairs? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent geen contractregeling voor bbl-ers en stagiairs.

Kent de cao een regeling voor uitsluiting loondoorbetalingsverplichting (ULV)? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent geen regeling voor uitsluiting loondoorbetalingsverplichting.

Alleen wanneer er sprake is van bestendig gebruik bij de opdrachtgever, mag de uitsluiting loondoorbetalingsverplichting in de eerste zes maanden van het contract toegepast worden.

Kent de cao een opzegtermijn? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao volgt de wettelijke opzegtermijnen voor de werkgever en voor de werknemer. Als de werknemer wil opzeggen, geldt een opzegtermijn van één maand. Als de werkgever wil opzeggen, dan is de lengte van de opzegtermijn afhankelijk van de lengte van het dienstverband:

  • Is de werknemer korter dan 5 jaar in dienst, dan geldt een termijn van één maand.
  • Is de werknemer tussen de 5 en 10 jaar in dienst, dan geldt een termijn van twee maanden. 
  • Is de werknemer tussen de 10 en 15 jaar in dienst, dan geldt een termijn van drie maanden.
  • Is de werknemer langer dan 15 jaar in dienst, dan geldt een termijn van vier maanden.
  • Als de werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt, dan geldt met ingang van 1 augustus 2021 een opzegtermijn van 1 maand.

Wanneer de werknemer of de werkgever op wil zeggen, dan moet dit schriftelijk gebeuren. Voor bouwplaatsmedewerkers geldt dat opzegging tegen het einde van de kalenderweek moet plaatsvinden. Het contract eindigt dan, na de opzegtermijn, op een maandag. Voor UTA-medewerkers geldt dat het contract opgezegd moet worden aan het einde van de betalingsperiode. Het contract eindigt dan, na de opzegtermijn, aan het einde van de laatste dag van de betalingsperiode.

Bron: artikel 1.6

Vakantiedagen en vakantiegeld

Klik hier om de link naar dit onderdeel te kopiëren.
Hoeveel vakantiedagen kent de cao? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Bouwplaatswerknemers
Bouwplaatswerknemers van 18 jaar en ouder hebben recht op 25 vakantiedagen per jaar bij fulltime dienstverband. Bouwplaatswerknemers tot 18 jaar hebben recht op 29 vakantiedagen per jaar bij fulltime dienstverband.

Bron: artikel 3.1
 

Uta-werknemers
Uta-werknemers van 18 jaar en ouder hebben recht op 25 vakantiedagen per jaar bij fulltime dienstverband. Uta-werknemers tot 18 jaar hebben recht op 27 vakantiedagen per jaar bij fulltime dienstverband.

Bron: artikel 3.1

Kent de cao een regeling voor extra verlofdagen? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Bouwplaatswerknemers
Bouwplaatswerknemers hebben recht op 1 extra vakantiedag als tussen Kerstmis en Nieuwjaar 5 werkdagen vallen.

Bron: artikel 3.1

Hoe hoog is het vakantiegeld in de cao? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De werknemer heeft recht op 8% vakantiegeld. 

Bron: artikel 4.13

Welke feestdagenregeling geldt voor payrollkrachten? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent een feestdagenregeling voor de volgende feestdagen:

Feestdag Regeling Opmerking
Nieuwjaarsdag Doorbetaalde vrije dag  
Tweede paasdag Doorbetaalde vrije dag  
Koningsdag Doorbetaalde vrije dag  
Bevrijdingsdag Doorbetaalde vrije dag Alleen in een jubileumjaar
Hemelvaartsdag Doorbetaalde vrije dag  
Tweede pinksterdag Doorbetaalde vrije dag  
Eerste kerstdag Doorbetaalde vrije dag  
Tweede kerstdag Doorbetaalde vrije dag  
Bron: artikel 3.4

Ziekte- en (zorg)verlof

Klik hier om de link naar dit onderdeel te kopiëren.
Kent de cao een wacht- of verlofdagregeling bij ziekte? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Bij de tweede en derde ziekmelding gedurende een kalenderjaar is de eerste ziektedag een wachtdag. Tijdens een wachtdag heeft een payrollkracht geen recht op ziekengeld.

Bron: artikel 9.1

Kent de cao een regeling voor loondoorbetaling bij ziekte? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Ja, bij ziekte heeft een werknemer recht op loondoorbetaling:

  • Eerste jaar: 100% loondoorbetaling
  • Tweede jaar: 70% loondoorbetaling.

Wanneer de werknemer in het tweede jaar re-integreert, heeft hij recht op een eenmalige uitkering ter hoogte van een aanvulling tot 100% van het ziekengeld. Deze eenmalige uitkering is alleen van toepassing als de eerste ziektedag voor 1 januari 2022 ligt.

Bron: artikel 9.1

Kent de cao een regeling voor kortdurend zorgverlof, calamiteiten of bijzonder verlof? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

Ja, deze verlofregelingen zijn terug te vinden in artikel 3.5 en 3.6 van de cao (zie rechtsboven de pagina 'Bron (SZW)').

Bonussen en eindejaarsuitkering

Klik hier om de link naar dit onderdeel te kopiëren.
Kent de cao periodiek repeterende uitkeringen (winstuitkering, 13e maand, etc.)? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent geen periodiek repeterende uitkeringen.

Kent de cao (eenmalige) bonussen? Klik hier om de link naar deze vraag te kopiëren.

De cao kent geen (eenmalige) bonussen.