ABU | Cao voor uitzendkrachten

terug

Kies welke onderdelen jij in het PDF-bestand wil opnemen en klik vervolgens op "Download PDF".
Standaard staan alle onderdelen aangevinkt.

Deel A: basis voor uitzend- en payrollkrachten

Arbeidsduur

Wat is het aantal uur in een standaard werkweek?

De uitzendonderneming maakt afspraken met de uitzendkracht over het aantal te werken uren per dag/week/periode. Hierbij wordt rekening gehouden met de standaard werkweek van de opdrachtgever waar de uitzendkracht aan het werk gaat.

Bron: artikel 14

Wat is het aantal uur op een standaard werkdag?

De arbeids-, pauze- en rusttijden van de uitzendkracht zoals bedoeld in de Arbeidstijdenwet zijn gelijk aan die bij de opdrachtgever.

Bron: artikel 14

Overwerk en toeslagen

Welke afspraken zijn er voor overuren?

De afspraken voor overwerk zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken voor overuren behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Bron: artikel 16

Welke afspraken zijn er voor onregelmatigheidsuren?

De afspraken voor onregelmatigheid zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken voor onregelmatigheidsuren behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Bron: artikel 16

Welke afspraken zijn er voor ploegenuren?

De afspraken voor ploegendienst zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken voor ploegenuren behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Bron: artikel 16

Welke afspraken zijn er voor verschoven uren?

De afspraken voor verschoven uren zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken voor verschoven uren behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Bron: artikel 16

Welke afspraken zijn er voor werken onder fysiek belastende omstandigheden?

De afspraken voor werken onder fysiek belastende omstandigheden zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken voor werken onder fysiek belastende omstandigheden behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Bron: artikel 16

Welke afspraken zijn er voor reisuren?

De afspraken voor reisuren zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken voor reisuren behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Bron: artikel 16

Welke dagen hanteert de cao als feestdag?

Als de werknemer moet werken op een feestdag, is bij de afspraken voor overuren en/of afspraken voor onregelmatigheiduren (deel A) te lezen of er een toeslag van toepassing is voor werken op een feestdag. In de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever is te vinden welke dagen de cao als feestdag toepast.

Of een feestdag voor de werknemers een doorbetaalde vrije dag is, valt voor uitzendkrachten in deel B te lezen bij de feestdagenregeling voor uitzendkrachten

Bron: artikel 27

Inschaling

Welke referentiefuncties kent de cao?

De uitzendkracht wordt ingedeeld volgens het functiegebouw van de opdrachtgever.

Alleen uitzendkrachten die behoren tot de allocatiegroep (zie onderdeel 'Welke loontabellen kent de cao?') worden ingedeeld volgens het functieraster uit de ABU cao.

Bron: artikel 16 en 33

Welke loontabellen kent de cao?

Niet indeelbaar
De uitzendkracht wordt ingeschaald volgens de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever. Als de werkzaamheden van de uitzendkracht niet kunnen worden ingedeeld in het functiegebouw van de opdrachtgever, dan geldt de uitzendkracht als niet indeelbaar.

Om vast te stellen of de werkzaamheden niet indeelbaar zijn, moeten de onderstaande vragen worden gesteld:

  • Komt de functie voor bij de opdrachtgever?
  • Is er een vergelijkbare functie?
  • Is er een indelingsmethodiek toepasbaar op de functie?
  • Is er een indelingsmethodiek in gebruik?

Geldt voor elke vraag het antwoord 'nee', dan is de functie niet indeelbaar. In dat geval wordt de beloning van de uitzendkracht vastgesteld aan de hand van gesprekken tussen de uitzendonderneming, de uitzendkracht en de opdrachtgever. Daarbij wordt onder meer gekeken naar de benodigde capaciteiten, de verantwoordelijkheden, ervaring en het opleidingsniveau die nodig zijn voor de invulling van de functie.


Allocatiegroep
De uitzendkracht die behoort tot de allocatiegroep kan de cao-beloning ontvangen uit de ABU cao. Deze wijkt af van de inlenersbeloning. Tot de allocatiegroep behoren de uitzendkrachten die:

  • door de overheid zijn aangewezen als personen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Hieronder worden verstaan: de doelgroepen aangewezen in het kader van de Wet banenafspraak, Participatiewet, WWB en de personen die van rechtswege of overheidswege zijn aangewezen als arbeidsgehandicapten of arbeidsbeperkten.
  • geen startkwalificatie hebben behaald (geen diploma havo-, vwo-niveau, of minimaal mbo-niveau 2) en een door de uitzendonderneming aangeboden kwalificerende opleiding gaan volgen. Van een kwalificerende opleiding is sprake wanneer de opleiding gericht is op het behalen van een startkwalificatie.

Bij toepassing van de cao-beloning wordt de uitzendkracht ingedeeld in het functieraster uit de ABU cao. Deze is te vinden bij 'Welke referentiefuncties kent de cao?'

Als de uitzendkracht volgens het functieraster wordt ingedeeld in functiegroep 6 of lager, kan de cao-beloning worden toegepast. Deze loontabel is te vinden bij 'Wat zijn de uurlonen volgens de cao?' De cao-beloning betreft het feitelijk uurloon, initiële loonsverhoging en de periodieken. Voor de andere beloningselementen wordt de inlenersbeloning toegepast.

Bron: artikel 21, 33 en bijlage IV

Wanneer is er een individuele loonsverhoging?

De afspraken voor individuele loonsverhogingen zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken voor individuele loonsverhogingen behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Uitzendkrachten (allocatiegroep) die beloond worden volgens de ABU cao-beloning (zie onderdeel 'Welke loontabellen kent de cao?'), krijgen na 26 gewerkte weken een periodieke verhoging. De verhoging komt overeen met het percentage 2,25%.

Bron: artikel 16 en 33

Wanneer zijn er (initiële) collectieve loonsverhogingen?

De afspraken voor (initiële) collectieve loonsverhogingen zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken voor (initiële) collectieve loonsverhogingen behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Initiële loonsverhogingen met een ingangsdatum in het verleden worden met terugwerkende kracht toegepast.

Voor uitzendkrachten die beloond worden volgens de ABU cao-beloning (zie onderdeel 'Welke loontabellen kent de cao?') wordt het uurloon door cao-partijen twee keer per jaar per 1 januari en 1 juli aangepast met het percentage betreffende de verhoging van het wettelijk minimumloon. 

Bron: artikel 16 en 33

Vergoedingen en uitkeringen

Welke (onkosten)vergoedingen kent de cao?

De afspraken voor (onkosten)vergoedingen zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken voor kostenvergoeding (voor zover de uitzendonderneming deze vrij van loonheffing en premies kan uitbetalen: reiskosten, pensionkosten en andere kosten noodzakelijk vanwege de uitoefening van de functie) behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Bron: artikel 16

Kent de cao een thuiswerkvergoeding?

De afspraken voor een thuiswerkvergoeding zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken voor thuiswerkvergoedingen, waarbij het deel van de vergoeding dat niet bij wet gericht is vrijgesteld bruto wordt uitgekeerd, behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Bron: artikel 16

Kent de cao een eindejaarsuitkering?

De afspraken voor vaste eindejaarsuitkeringen zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken voor vaste eindejaarsuitkeringen behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Bron: artikel 16

Kent de cao eenmalige uitkeringen?

De afspraken voor eenmalige uitkeringen zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken voor eenmalige uitkeringen behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Bron: artikel 16

Deel B: uitzendkrachten

Loontabellen

Wat zijn de uurlonen volgens de cao?

De brutolonen zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken over het geldende periodeloon behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Voor het berekenen van een maandloon naar een bruto uurloon wordt de berekeningsmethode van de opdrachtgever toegepast. Als de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever geen berekeningsmethode kent, wordt de berekeningsmethode uit de ABU cao toegepast:

  • Maandloon / 4,35 / Normale Arbeidsduur = uurloon

Als de cao-beloning voor de uitzendkracht wordt toegepast (zie onderdeel 'Welke loontabellen kent de cao?') gelden minimaal de bruto uurlonen volgens de tabel in onderstaande bijlage.

Bron: artikel 16 en 17

Arbeidsduurverkorting en tijd-voor-tijdregeling

Kent de cao een adv-regeling?

De afspraken voor adv-dagen zijn te vinden in de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever.

Afspraken over een adv-regeling behoren tot de inlenersbeloning. Dit betekent dat deze afspraken voor de uitzendkracht gelijk zijn aan de afspraken die gelden voor werknemers in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever waar de uitzendkracht werkzaamheden verricht. 

Een uitzendkracht kan adv-dagen compenseren in tijd of in geld. Als adv in geld wordt gecompenseerd, dan wordt de adv-compensatie berekend aan de hand van een percentage of berekening uit de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever. Als de cao of beloningsregeling van de opdrachtgever geen berekeningsmethode kent, wordt de berekeningsmethode uit de ABU cao toegepast:

  • adv-dagen per jaar / 254 * 100% = adv-compensatie in geld

Bron: artikel 16

Kent de cao een tijd-voor-tijdregeling?

Een uitzendkracht kan de toeslag voor onregelmatige werktijden en/of de toeslag voor overuren (zie Welke afspraken zijn er voor overuren? en Welke afspraken zijn er voor onregelmatigheidsuren?)
opbouwen in tijd in plaats van laten uitbetalen. De uitzendkracht kan de opgebouwde tijd vervolgens als verlof opnemen.

Voorbeeld: De uitzendkracht werkt 4 uur over. Voor deze overuren geldt een toeslagpercentage van 25% (de uitzendkracht ontvangt over deze uren dus 125% van het uurloon). Om de compensatie- uren in tijd te berekenen, wordt de 4 uur overwerk vermenigvuldigd met 25%. Er wordt nu één compensatie-uur in tijd opgebouwd die de uitzendkracht als verlof kan opnemen.

.Bron: artikel 19

Fasesysteem en pensioen

Bouwt een uitzendkracht pensioen op?

Een uitzendkracht bouwt pensioen op bij Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten (StiPP). De pensioenopbouw start als de uitzendkracht 18 jaar of ouder is.

De uitzendkracht begint met de opbouw van de StiPP Basisregeling. Na 52 gewerkte weken gaat de uitzendkracht deelnemen aan de StiPP Plusregeling.

Bron: artikel 32 (ABU cao)

Een uitzendkracht doorloopt het fasensysteem. Hoe werkt dit fasensysteem?

De eerste 52 gewerkte weken zit een uitzendkracht in fase A. In deze fase mag de werknemer een onbepaald aantal tijdelijke contracten krijgen.

Na 52 gewerkte weken komt de uitzendkracht in fase B. Deze fase duurt 3 jaar, waarin de werknemer 6 contracten mag krijgen.

Na fase B krijgt de uitzendkracht een contract voor onbepaalde tijd, dit noemen we fase C.

Bron: artikel 10 (ABU cao)

Vakantiedagen en vakantiegeld

Hoeveel vakantiedagen bouwt de uitzendkracht op?

De uitzendkracht heeft bij elke volledig gewerkte werkmaand recht op 16 2/3 uur vakantie. Dit komt neer op 25 vakantiedagen per jaar.

Een parttime werknemer heeft recht op een evenredig deel van het totaal aantal vakantiedagen.

Bron: artikel 26

Hoe hoog is het vakantiegeldpercentage voor een uitzendkracht?

Een uitzendkracht heeft recht op 8,33% vakantiegeld.

Bron: artikel 18

Welke feestdagenregeling geldt voor uitzendkrachten?

Voor uitzendkrachten gelden de volgende dagen als feestdagen zolang ze niet op een zaterdag of zondag vallen:

  • Nieuwjaarsdag
  • Tweede paasdag
  • Hemelvaartsdag
  • Tweede pinksterdag
  • Eerste en tweede kerstdag
  • Koningsdag 
  • Bevrijdingsdag in een jubileumjaar

Als de uitzendkracht vanwege de feestdag niet hoeft te werken, krijgt hij deze dag doorbetaald als dit normaal gesproken een werkdag zou zijn. Als niet duidelijk is of deze dag een standaard werkdag voor de uitzendkracht is, dan wordt dit als volgt bepaald:

  • Is de uitzendkracht in de 13 aaneengesloten weken direct voorafgaand aan de feestdag al in dienst?
    • Indien ja; de uitzendkracht wordt doorbetaald op de feestdag als hij minimaal 7 van de 13 weken gewerkt heeft op deze dag van de week.
    • Indien nee; de uitzendkracht wordt doorbetaald op de feestdag als hij meer dan de helft van het aantal weken waarin hij in dienst is op deze dag van de week heeft gewerkt. 

Als de werknemer wel moet werken op een feestdag, geldt er mogelijk een feestdagtoeslag. Voor welke dagen dit geldt is te lezen bij 'Welke dagen hanteert de cao als feestdag?' (deel A) en de toeslagen zijn te vinden bij de afspraken voor overuren en/of afspraken voor onregelmatigheiduren (deel A).

Bron: artikel 27

Ziekte en verlof

Hoeveel loon krijgt de uitzendkracht doorbetaald bij ziekte?

Het ziekengeld bij een lopende arbeidsovereenkomst is in het eerste jaar 90%, maar minimaal het wettelijk minimumloon.

In het tweede jaar is het ziekengeld 80% en wordt het niet aangevuld tot het wettelijk minimumloon.

Bron: artikel 25

Is er sprake van een wachtdag?

Ja, wanneer een uitzendkracht zich ziekmeldt heeft hij één wachtdag. Dit houdt in dat de uitzendkracht op de eerste ziektedag nog geen recht heeft op ziekengeld.

Bron: artikel 25